Published on december 7th, 2012 | by scriptor
0Makelaarsgeblaat
Zoekt u een huis? Dan valt het vast niet mee uw weg te vinden in al die makelaarsteksten. Wat een gedrochten zijn dat! ‘Ruime living alwaar een open haard!’ Hoe verzin je het? Een ‘living’ komt uit de eigentijdse stroming woorden uit het Engels over te nemen…. maar met ‘alwaar’ reizen we terug in de tijd naar Joost van den Vondel voor wie ‘alwaar’ ‘alhier’ en ‘aldaar’ hip was! ‘Riant’ is zo ongeveer wel ieder huis in Nederland. Dat woord heeft een almachtige aantrekkingskracht op het taalbrein van aanprijzende makelaars. Ik bedoel, zelfs kelders noemen ze riant, de brievenbus, het toilet en de zoldertrap die je zelf naar beneden moet trekken (waarna je met een gebroken neus achterblijft…), allemaal zijn ze ‘riant’! Of deze: “Hier moet een kleinigheid aan gebeuren…” We staarden naar een veel te laag plafond boven de trap, absoluut niet waterpas: een ingrijpende verbouwing met financiële consequenties ter hoogte van de vraagprijs voor het huis. “Maar als je niet zo groot bent, stoort dit waarschijnlijk niet!”…. zei de makelaar, zelf 1.90 meter lang. Hou je mond! Sukkel! Strompelend bereikten we de plek ‘alwaar de master bedroom zich bevindt…’ Dit donkere hol had maar een, piepklein raam, weggestopt onder een enorm overdak. Voor zonlicht zou je met een flinke spiegelconstructie aan de slag moeten en daarbij de kamer zorgvuldig van heldere en lichtende kleuren voorzien. ‘Uniek!’ was het zeker! Zoiets zag ik nooit eerder. Daarna bracht hij ons naar een ‘ruime en heldere badkamer met interieur uit de jaren 70’. In het Rijksmuseum had dit ‘interieur’ niet misstaan. Ons vastklampend aan de trapleuning en met gebogen hoofden daalden we de trap weer af. De huizenbemiddelaar moet wel een rugblessure hebben overgehouden aan de (ongetwijfeld) talrijke bezichtigingen van dit pand. Als een slangenmens concurreerde hij met Houdini toen hij de trap ‘nam’. Buiten haalden we opgelucht adem in de tuin/jungle. De uitwassen van de overenthousiaste aanplant van alle gewassen (ook weer in de jaren 70), die ons het zicht volledig ontnamen, moet een verlammende werking hebben gekregen op de huizenbezitter. We keken naar wat volgens ons de reden van verkoop was: een alles overwoekerend groen plantenmassief, waar klimplanten en bomen niet meer van elkaar te onderscheiden waren! Makelaarstekst: “De eigenaars lieten het huis op ons advies wit verven! (trots in de intonatie!) Om het nog lichter te maken!” Het leek wel een sombere novemberdag, op die aprildag! De ‘study’ gelegen in de dampende, vochtige kelder deed de deur dicht: de gek die hier vrijwillig gaat zitten werken, moet tot op de dag van vandaag nog gevonden worden. Even later, in onze frisruikende auto op de vlucht voor al dit schoons, voelde ik toch ook respect voor de man die geprobeerd had ons het gevoel te geven dat deze ‘stadsvilla’ een koopje was. Deze onderkomen hut, waaraan de bewoners 40 jaar lang nooit meer een cent hadden willen uitgeven, was veel en veel te duur. En toch wilde hij dat proberen. Het staat natuurlijk nog steeds te koop! (Bij een andere makelaar!(Met dezelfde woordkeuze…)) ©
Scriptor
TXTbureauToThePoint