Column webboulevard- groen en duurzaam oceaan

Published on december 7th, 2012 | by scriptor

0

Weekendjeweg naar Texel

…, heerlijk! Als ik wakker word, hoor ik een zware motor in de verte, maar dan blijkt het geluid toch veel dichterbij. Het is de regen op het platte dak van ons hotel.  Ik probeer buiten iets te zien, maar ik kijk tegen een muur van hemelwater aan. Ach, we zien wel, denk ik nog opgewekt, maar als het na het ontbijt nog harder regent, grijp ik naar de I-Pad. Donkergrijze wolken zie ik op buienradar, maar in de middag tussen 2 en 4 zal het redelijk droog zijn! Hoewel je daar aan twijfelt als je naar buiten kijkt; zo grijs heb ik het nog nooit gegeten. We maken ons op voor een vochtig dagje en rijden binnendoor naar Den Helder voor de overtocht. Om ons heen ziet het weinige groen er grijs uit, het water zwart, de lucht donker donkergrijs, terwijl de ruitenwissers ploeteren. Je krijgt echt zin in dit weekend! De wind neemt toe tot windkracht 7 horen we op de radio, het voelt aan als storm. Voor ons ligt de hoogkantige blok, die ons naar de overkant moet brengen, in het water te schommelen. De gidsen waaien bijna van de weg als ze ons wijzen hoe we op de veerpont moeten komen. Schuddend bereiken we de overkant na 20 minuten. The Herald of Free Enterprise doemt op voor mijn geestesoog en ik vraag me af hoe lang zwemmen 20 minuten varen is. Om mij heen meen ik gelijkgestemden te zien, zeker bij het schudden treedt er een glazigheid op die boekdelen spreekt. Strak staren sommigen voor zich uit, ogenschijnlijk onbewogen en diep in gedachten verzonken, in werkelijkheid iedere beweging van het schip metend en reddingsacties bedenkend…  Dan komt de schok: de dingdongbel die de stem van de juffrouw op het bandje inluidt, verbrijzelt hun toch al zo armzalige hoop op overleven, angstig en verstard wachten ze hun doodsbericht af. Het blijkt alleen een waarschuwing: niet roken hier! Sommigen vallen bijna in slaap na de opluchting. Eindelijk mogen we onze auto’s in en van de veerboot af.

Opgelucht rijden we het eiland op, we gaan een kopje koffie drinken in een toeristisch oord dat zijn weerga niet kent. De onzin waarvan winkeliers denken dat toeristen erop zitten te wachten, puilt uit de natte manden, die tegen beter weten in de regen in zijn gesleept. Zelfs hier foto’s van gebakken eieren of tosti’s en voor de winkeldeur prijken lachende monsters van geplastificeerd papier-maché die je kind voor 2 euro anderhalve minuut lang door elkaar schudden. Het wordt moeilijker opgewekt regen en wind te aanvaarden. In het bruine café is het nog leeg en stil als we er binnenkomen en de lijst van ‘hebben we niet’ of  ‘is op’ is lang. Dan gaat de deur open en een groep van 10 bulderend lachende mannen komt binnen, hun plezier is oorverdovend. We vertrekken uit deze absurdistische film. Met blauwige lippen van de kou bereiken we de auto… het is eind april en de winterjassen lieten we thuis omdat we daar in de voorbije weken toch al een paar keer uitploften van de hitte. We bereiken natuurgebied de Slufter. Over mijn shirt en vest trek ik mijn voorjaarsjas, bodywarmer en zeiljas aan. Alle touwtjes, klittenbanden, ritsen en knopen heb ik zorgvuldig vergrendeld. De bevroren lammetjes waaien van de dijk en vliegen me om de oren. In februari bij minus 17 had ik het niet zo koud als op deze dag. Als mijn ogen enigszins gewend zijn aan de uitdrogende wind zie ik weer iets en dat is mooi, heel erg mooi! Het regent warempel niet meer, maar de kou is zo verlammend dat we teruggedreven worden naar de auto. We zetten toch door en voor de 2e keer die dag omringt ons een oorverdovend gebulder, deze keer is het de wind. Als we verderop nog eens een dijk opklimmen om iets te zien, breken we! We willen alleen nog maar weg, naar de haven waar de veerboot klaar ligt voor vertrek. Daarvoor hebben we nog 2 minuten, onee 4 want de klok in de auto loopt voor. Onze wilskracht om hier weg te komen bereikt een stralend vermogen en zorgt dat het stoplicht op groen springt als we aan komen rijden en zo kunnen we, werkelijk als laatste, die verlossende veerboot op. Bij iedere kilometer die we, eenmaal van de boot, vooruitkomen voelen we hoe de warmte stijgt: eerst in de auto, dan in onze verkleumde ledematen en daarna ook buiten. We rijden zo de lente in. Dag Texel, Tessel, eiland, wind, regen, water, lammetjes, schapen, dijken, duinen, toeristische waanzin, veerboot, groene vertes, en KOU: wij vertrekken!  ©

 

Scriptor

TXTbureauToThePoint

 

 

Tags: , , , , , , , , ,


About the Author



Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Verplichte velden zijn gemarkeerd met *

Back to Top ↑